De vereniging Vrienden van Den Haag vraagt aan de gemeente Den Haag om een percentageregeling in stellen voor kunst in de openbare ruimte bij grote bouwlocaties.
"Door hierover al in een vroeg stadium afspraken te maken met projectontwikkelaars wordt buitenkunst bevorderd, de stad leefbaarder en wordt kunst voor de stad betaalbaar gemaakt", zegt Inge Camfferman van de vijftig jaar geleden opgerichte vereniging.
Volgens Vrienden van Den Haag is kunst in de openbare ruimte nu vaak "het financiële stiefkindje bij bouwprojecten". Om buitenkunst voor de gemeente toch realiseerbaar te maken, pleit de vereniging voor een regeling waarbij al in een vroeg stadium met de projectontwikkelaar afspraken worden gemaakt over een percentage van het budget voor buitenkunst. "De grote herontwikkelingslocaties in Den Haag zoals het CID, Laakhavens, Binckhorst, Scheveningen Haven en Zuidwest lenen zich daar goed voor."
Extra dimensie
"Het financieel mogelijk maken van buitenkunst door projectontwikkelaars is ook in hun belang", zegt Camfferman. "De omgeving krijgt meerwaarde en kwaliteit, waarmee teruggang, leegstand en vandalisme worden tegengegaan en de aantrekkelijkheid en verhuurbaarheid van het bezit worden verhoogd. Projectontwikkelaars kunnen met kunst een extra dimensie toevoegen aan hun gebouwen en een cultureel stempel drukken op de stad. Het elan van de grote ontwikkellocaties in Den Haag passen daar goed in. Buitenkunst heeft door haar aantrekkingskracht op toeristen en bezoekers ook een economische meerwaarde."
Afgelopen week riep de Partij voor de Dieren in de gemeenteraad het stadsbestuur ook op om buitenkunst weer nadrukkelijk onderdeel te maken van nieuwbouwprojecten. Kunst op straat is volgens die partij "een geweldige manier om kunst toegankelijk te maken voor iedereen".